Gevallen voor het Vaderland. “Allez Chasse!”
Leeftijd: 21.
Geboortedatum: 16 juni 1927.
Geboorteplaats: Almelo.
Adres: Hexelseweg 109 te Hooghexel.
Beroep: Geen.
Stamregiment: Regiment Jagers.
Ingedeeld bij onderdeel: 5 Regiment Infanterie of 1 Compagnie, 4 Bataljon, 3 Regiment Infanterie.
Rang: Gewoon dienstplichtig soldaat.
Registratienummer: 27.06.16.191.
Datum en locatie van sneuvelen: 11 maart 1949, Rancakalong, West-Java (NOI-IDN).
Wijze van sneuvelen: Soldaat Ververda is, ten gevolge van een nachtelijke beschieting (vuuroverval) van zijn detachement, gesneuveld.
Locatie laatste rustplaats: Nederlands ereveld Pandu te Bandung (IDN), vak/rij/nummer: II 233. Op 12 maart 1949 begraven.
Overig: Ongehuwd. Zoon van Johannes Ververda en Geertruida van Engelen.
Onderscheidingen
- Ereteken voor Orde en Vrede met gespen: 1947-1948-1949.
Monumenten
4-3 Regiment Infanterie
Opgericht: 01-03-1947.
Onderdeel van: D-Divisie “Palmboom.
Vertrek Indië: 28-03-1947 a/b “Sloterdijk”.
Aankomst Indië: 27-04-1947 Batavia.
Toegevoegd aan: T.T.C. West-Java.
Ingedeeld bij:Baco Batavia, *Baco Bandoeng, 3e Inf.Brig, 2e Inf.Brig, **1e Inf.Brig.
Actiegebied(en): Batavia, Tangerang, *Bandoeng, *Soemedang, **Soekaboemi
Commandant: Lkol J.J. Malta, 01-03-1947/ 25-02-1950.
Gerepatrieerd:.07-02-1950 a/b “Pasteur”, 25-02-1950 aankomt Amsterdam.
Omgekomen: 29 man.
Het bataljon was gevormd uit dienstplichtigen van de lichting ’46 en was een bewakingsbataljon van de D-divisie. Ondanks de korte opleiding en lichte bewapening werd het ingezet als een normaal gevechtsbataljon. Na aankomst te Batavia werden de 3e en 4e cie voor een verdere training toegevoegd aan de W-Brigade die gelegerd was tussen Buitenzorg en Bandoeng.
Tijdens de 1e politionele actie, op 21 juli 1947 werd de 5e cie gelegerd te Batoe Djepper, in de sector Tangerang, en had bij de vele patrouilles langs de demarcatielijn veelvuldig vuurcontact met de TNI. De 3e en 4e cie waren gelegerd nabij Bandoeng te Dajeukolot en Tjilampeni. De overige cieën lagen in reserve te Batavia. Op 24 juli bezette de 3e cie Bandjaran, ten zuiden van Bandoeng. Een dag later voerde de 4e cie samen met 5-3-8 RI een actie uit naar het zuiden en bezette Soreang en werd te gelegerd Tjiangkoeng (ongeveer 7 km van Soreang). Nadat op 26 juli twee para-cieën de centrale van Lamadjang hadden bezet namen de 3e en 4e cie de bezetting over. Een dag later werd Pengalengan bezet evenals de centrale Plengan. Daar het verzet van de TNI geheel was gebroken kon op 29 juli Santosa zonder tegenstand worden bezet. Op 2 augustus werd één cie verplaatst van Batavia naar Cheribon. Op 3 augustus werden de 3e en 4e cie. verplaatst naar Cheribon. Weer een dag later werd ook de stafcie met nog een cie van Batavia naar Cheribon overgebracht.
Na de 1e politionele actie werd het bataljon toegevoegd aan het Basiscommando Bandoeng en gelegerd in de sector Soemedang met o.a. posten te Tjonggeang, Darmaradja, Tjibeureum, Sitoeradja en Passanggrahan. Nu begon het zware werk van patrouilleren en zuiveren om het nieuw bezette gebied te paciferen. Op 12 oktober werden twee cieën gelegerd in het bataljonsvak van 3-GRPIr rond Tjiandjoer om troepen van dit bataljon vrij te maken voor een grote meerdaagse actie bij Tjililin. Op 15 november keerden de beide cieën weer terug naar Soemedang. Bij een hergroepering in november werd Soemedang toegevoegd aan het brigadevak van de 2e Inf.Brig.Groep. Ook het bataljon nam deel aan menige actie, zoals op 18 april 1948, samen met 1-4 RI, 1-11 RI en 3-12 RI ten noorden van Tjiamis en Tasikmalaja. In mei vond er wederom een hergroepering plaats waarbij Soemedang werd toegevoegd aan de 3e Inf.Brig.Groep. Dit was maar van korte duur. Op 30 juli werd het Baco Bandoeng opgeheven en werd het Trp.co Bandoeng opgericht.
Tot aan en ook na de 2e politionele actie, die op 19 december 1948 van start ging, was het bataljon gelegerd rond Soemedang. Op 10 augustus 1949 nam het bataljon het vak Soekaboemi over van 3-GRGr met o.a. posten te Njalindoeng, sagaranten, Djampangkoelon, Telaga en Bodjong Asih. Op 4 en 5 november werd werd het bataljon afgelost door 431 BI en gelegerd in Bandoeng waar het wachtdiensten vervulde tot aan de repatriëring.
Literatuur:
Malta, J.J., De geschiedenis van 4-3 R.I. in Indonesië 25 april 1947 – 5 januari 1950. Bandoeng, 1950, 32 blz. Ervaringen, verliezen en successen van 4-3 Regiment Infanterie. Jonge, B.A. de, De soldaat onder een klapperboom: herinneringen aan mijn tijd als militair in voormalig Nederlands Indië. Zeist, 1998; 112 blz. Dagboekaantekeningen van een dienstplichtig militair van 4-3 RI. ’t Krabbegat, periodiek van 4-3 RI verscheen 2x per maand.
Bronnen
- Laatste Bericht, Ereveld van Indië en Nieuw-Guinea, Jack Kooistra (PENN Communicatie).
- Ministerie van Defensie.
- Nationaal Archief.
- Oorlogsgravenstichting.
- http://www.indie-1945-1950.nl/web/4-3ri.htm