Gevallen voor het Vaderland. “Grenadiers Vooraan-Allez Chasse!”

Leeftijd: 26.
Geboortedatum: 12 oktober 1847.
Geboorteplaats: Twello.
Adres: Venlo.
Beroep: Officier van de Koninklijke Landmacht.
Organiek onderdeel: 2 Regiment Infanterie.
Overgeplaatst per KB: 14 augustus 1871, Regiment Grenadiers en Jagers.
Gedetacheerd bij: Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL).
Rang: Eerste luitenant.
Datum en locatie van sneuvelen: 19 juni 1874, Kota Radja-Atjeh (NOI-IDN)-(gewond), 27 juni 1874, (aan zijn bekomen krijgsverwondingen overleden).
Wijze van sneuvelen: Gewond geraakt (borstwond)-Atjeh (NOI-IDN) tijdens de tweede expeditie naar Atjeh.



Locatie laatste rustplaats: vak/rij/nummer: Onbekend.
Overig: Zoon van Antonie Frederik baron Sloet van Zwanenburg en Johanna Henriëtte van Teijlingen van Kamerik.
Onderscheidingen
- Ridder Militaire Willemsorde 4e klasse (KB 6-10-1874, nr. 10) voor de inname van een vijandelijke versterking te Ketapang Doewa (Atjeh) op 15 februari 1874.

Monumenten























Bronnen
- Nationaal Archief.
- Open Archieven.
- Wikipedia.
- Gijsberti Hondenpijl, G.H.J. (1930). Honderd Jaren Geschiedenis van de Regimenten Grenadiers en Jagers. Den Haag, Nederland: Moorman’s Periodieke Pers N.V.
- https://geografie.nl/artikel/5-de-missigit-van-kota-radja-in-1873